Taalpraatje 3 - Budapest
Budapest is een geweldige stad, een metropool met meer dan twee miljoen inwoners in Midden-Europa. De parel van de Donau. Dit zijn de superlatieven waarmee Budapest bekend staat.
Budapest is een boeiende stad, wat mij vooral opvalt is het openbaar vervoer: zoveel bussen, trams, trolley’s, stadstreinen en metroverbindingen, het lijkt wel of het op de weg en rails houden van het openbaar vervoer niets kost: zo frequent wordt er gereden!
Fascinerend en kenmerkend voor Budapest is de logistieke denkwijze die je je als vanzelf eigenmaakt, als je er woont. Anders dan in Den Haag waar je lijn 9 pakt als je naar Scheveningen wil of Amsterdam, waar je met bus 22 naar de Indische buurt gaat, kun je in Budapest elke bestemming op twee, drie en soms wel vier verschillende manieren bereiken. Je hebt dikwijls de keuze tussen bus of tram en vergeet die handige trolleybusverbindingen in Pest niet! Vaak kun je zelf bepalen hoe en waar je de Donau kruist: met de metro er onderdoor en dan op Moszkva tér of Battyány tér overstappen of met een van de trammetjes de Szabadság híd of Margit híd over ofwel per bus over de Erzsébet híd.
Om bijvoorbeeld van Pest naar Óbuda te reizen pak je metrolijn 3 naar de Árpád híd en dan de tram naar de overkant, óf je gaat met metrolijn 2 naar het Battyány tér en stapt daar over op bus 86 noordwaarts. Keus genoeg. En dan heb ik het nog niet eens over de HÉV gehad, de sneltramlijnen waarmee je vlot in de buitenwijken van de agglomeratie Budapest kunt komen.
Leuk om een middagje een frisse neus te halen is de driehoek van Buda: van het Moszkva tér ga je met de tram of de benenwagen via het Városmajor plantsoen naar het beginpunt van de Foga>?skerek_ vasút, de tandradbaan. De ruime, brede coupé en het uitzicht op bomen en groen brengen je al meteen in de stemming van een dagje uit. Langzaam zoeft het treintje omhoog, met zijn tandrad grijpend in de derde, getande rail. Eerst rijden we tussen de achtertuinen van de villa’s van Buda door, maar al spoedig kijken we uit over de Donau en Budapest!
Bovengekomen maken we met de Kindertrein een ritje door het bos en aan het eindpunt hebben we de keus tussen bus 56 of tram 56, die ons weer terugbrengt naar het Moszkva tér, alwaar de metro ons uitnodigt in haar diepste diepte af te dalen. De lijnen van het openbaar vervoer in Budapest zijn net als elders alle genummerd. Zij heten echter niet lijn 2 of lijn 7, nee, lijn 2 is de kettes villamos, lijn 7 de hetes búsz. Hetes, kettes, maar ook hatos, ötös zijn - wat ik gepatenteerd heb als - nummertelwoorden. Behalve voor het aanduiden van de lijnen van het openbaar vervoer, kun je ze ook gebruiken voor kamernummers, sleutelnummers, rapportcijfers en munteenheden. De hatos kulcs is dus sleutel 6, de kilences szoba is kamer 9, een honderdje is een százas. U ziet: om de nummertelwoorden te maken, dient u een uitgang achter de telwoorden te plakken.
Egy wordt egyes, öt wordt ötös, száz wordt százas etc. De uitgangen -os, -as, -es en -ös hebben dus alle de functie om van een telwoord een nummertelwoord te maken! Het lijkt ingewikkeld dat één bepaalde uitgang meerdere varianten kan hebben met telkens dezelfde functie, maar als je dit principe eenmaal doorhebt, ben je weer een stapje verder met het Hongaars.
Veel plezier in Budapest en in de rest van het land!