Verbeterde editie, Péter Esterházy

Door Gerhild Tóth-van Rooij


Het in 2004 bij de Arbeiderspers uitgekomen boek Verbeterde Editie ziet er wat betreft de vorm net zo uit als Harmonia Caelestis, ofwel de historie van de Esterházy’s (zie MM 23). Het door Robert Kellerman vertaalde boek dat oorspronkelijk in 2003 bij Magvetõ Konyvkiadó te Boedapest uitkwam, is letterlijk de tegenhanger van dit boek. In Verbeterde Editie worden de geschiedenis en vooral de persoonlijke herinneringen aan de familie, in het bijzonder de vader van Péter, in een ander daglicht gesteld. Na het openbaar worden van de staatsarchieven ontdekt Péter dat zijn vader tussen 1957 en 1980 regelmatig rapporteerde aan de Hongaarse geheime dienst. In het Voorwoord schrijft Péter dat hij teleurgesteld is dat hij pas na een lang voor zich uitgeschuif aan het (her)schrijven gaat.


Dit is alleszins begrijpelijk omdat hij in dit boek het liefdevolle monument dat Harmonia Caelestis mede is, onderuit moet halen zeker omdat zijn vader ook over hem rapporteerde. ---“Alle hulp zou nu welkom zijn. En juist nu ben ik alleen als nooit tevoren. (Naar het vermijden van zelfmedelijden zal ik aanhoudend, en naar ik zie, meen te zien, blijven streven).”--- schrijft de zoon. De schrijver is erin geslaagd om zelfs in de meest pijnlijke passages niet alleen eerlijk en onverhuld te blijven maar nog steeds een zekere mildheid te paren aan de teleurstelling en onthutsing die zijn ontdekkingen hem blijvend geven. Péter legt zijn directe dagboekaantekeningen die hij heeft bijgehouden vanaf het moment dat hij in de staatsarchieven ontdekte dat het beeld dat hij van zijn vader had incompleet was, naast de letterlijke tekstfragmenten uit Harmonia Caeleastis. Hij citeert bovendien veelvuldig uit de gevonden documenten van de staatsarchieven. Deze drievoudige bronverwerking maakt het boek tot iets heel bijzonders. De verbeterde editie is door de vermenging van deze bronnen die drie kanten van een beleving laten zien die samen een onlosmakelijk geheel vormen, een onnavolgbaar meesterwerk geworden.

Waar vind je een zo doorleefde emotionele, achteraf geïdealiseerde familiekroniek die tegelijk een nietsontziende documentaire-geschiedenis in zich bergt? Het is niet alleen Péters vader die vanuit een ander perspectief gezien wordt, het zijn ook studiegenoten, collega’s, buren, vrienden van de familie en vreemden die het boek binnenkomen in een heel andere atmosfeer en context. Het is bijna alsof je een toneelstuk ziet waarin de personen door een document veranderen van persoonlijkheid, maar het is de waarheid. Nooit heeft de waarheid voor mij zoveel gezichten gehad bij een schrijver als in dit tweeluik Harmonia Caelestis –Verbeterde editie. Wie Harmonie Caelestis gelezen heeft mag de Verbeterde editie niet missen en wie de Verbeterde Editie leest doet zichzelf te kort door Harmonia Caelestis over te slaan.
Péter Esterházy merkt dit niet alleen in zijn voorwoord op, maar ook elders in de tekst komt het naar voren, omdat alleen de boeken samen een goed beeld geven van de impact van zijn ontdekkingen. November 2002, toen Harmonia Cealestis hier net uitgebracht werd, vertelde Esterházy in NRC-Handelsblad aan correspondent Renée Postma dat wat hem betrof beide boeken hier nooit in één bundel hoefden te verschijnen. –“ Het ene boek is een roman, het andere is non-fictie.” --. De afstand tussen beide boeken hier beschouwde hij als positief, maar in Hongarije horen de boeken bijeen. De Verbeterde editie is er om de openhartigheid geprezen. De hele Hongaarse samenleving is doordrongen van de goed- en fout-vragen om het verleden te kunnen verwerken en een plaats te geven. Maar deze vragen zijn universeel. Overal waar corruptie heerst en ongelijke kansen ontstaan door toedoen van machthebbers, duikt die vraag op, wanneer de situatie, zoals ook in Hongarije, verandert. Mede daarom is dit boek ook voor Westeuropeanen, waartoe wij behoren, leerzaam. Corruptie en schuldvragen zijn van vele tijden en plaatsen en dit boek, dat een bijdrage levert aan het ontstaan, meemaken en verwerken ervan in Midden- of Oost-Europa, verbreedt het zicht op de Europese geschiedenis.


De beide boeken horen bijeen, ze versterken over en weer de beelden en de impact ervan. De strijd en hoop op aanname en kansen op scholing en studie aan verschillende instellingen bijvoorbeeld kwamen in deel één aan bod, met de frustratie toen deze kansen al bij voorbaat aan de latere schrijver Esterházy ontnomen werden. In deel twee wordt de werkelijke houding en het handelen van zijn docenten, schoolbesturen en overheden die zijn eigen ontwikkeling verregaand beïnvloed hebben duidelijker zichtbaar. Die helderheid is er omdat de dossiers van de geheime dienst toegankelijk werden. Er is aan de hand van de beïnvloedbaarheid en laakbare invloed van Peter Esterházy's eigen vader een onontkoombaar nieuw gezichtsveld ontstaan. Maar, wat er was, was er altijd al, zij het in het verborgene. De vele verzwegen zaken worden ineens beklemmend, hoewel het gaat om zaken die decennia geleden zijn gepasseerd, voelt zelfs de lezer de beklemming alsof deze actueel is. De invloed die het rapporteren had binnen Esterházy’s familie werpt een smet op zijn adellijke afstamming, maar stelt ook de liefdevolle vader-en-zoonrelatie op de proef.
Op de ontdekking van bespied zijn door je eigen vader en een daaruit voortkomend gevoel van verraad door zijn vader reageert Péter met fysieke onpasselijkheid. De vermoeidheid slaat toe, het bijhouden van een dagboek is de manier om een nieuwe orde te vinden. Alles krijgt een andere kleur na lezing van de documenten: de plaatsen waar hij heeft gewoond of is verbleven, de mensen daar, de reizen die hij en zijn familie hebben gemaakt de eens bijzondere uitstapjes, alles wordt anders.
Wat betreft de vaderfiguur in Harmonia Caelestis zaten in die ene vader vele vaderfiguren vervat, omdat het meer was dan een familiebeschrijving, het boek was een roman waarin de vader de lezer van de ene plaats en beleving naar de ander leidde. Op die manier reisde de lezer door de geschiedenis van de Esterházy’s, de familieverhalen zijn in veel boeken beschreven en de Esterházy’s worden in Hongarije bijna als een cultureel erfgoed beschouwd. De naam Esterházy spreekt dankzij dit verleden nog altijd tot de verbeelding en in de stijl van een oprecht noblesse oblige heeft Péter een bijzondere geschiedschrijving toegevoegd aan het arsenaal van publicaties dat al aan de vele Esterházy’s gewijd is. In het ontwrichtende tijdsbeeld dat Verbeterde editie brengt is niet de vader, oervader van deze machtige familie de verteller, maar is Péter als kind, kwetsbaar mens en succesvol schrijver Esterházy zelf de verbindende figuur die zijn naaste familie ontleedt. Hij laat in dit pijnlijke maar zeker ook ontroerende boek de uitersten van zijn schrijversschap zien, waarbij blijkt dat de dingen niet altijd zijn wat ze lijken en mensen niet altijd zijn waar ze voor doorgaan zelfs in de schoot van de eigen familie. Verbeterde Editie is een bijzonder boek, het is een document dat zeer de moeite waard is om te lezen en te overdenken.


Gerhild Tóth-van Rooij

Mostmagyarul!