Opera Háry János van componist Zoltán Kodály

De opera Háry János van de componist Zoltán Kodály wordt in het Hongaars eigenlijk nooit als opera aangeduid. Men heeft het meestal over ‘daljáték’ een spel met liederen, het huidige woord ‘musical’ dekt meer de lading.


Het verhaal is vrij dun en heeft iets weg van een eenvoudig sprookje. De held overwint en zonder veel tegenstand komt alles tot een goed eind. Muzikaal is Háry János een meesterwerk en bij verschijnen in 1926 zeer vernieuwend. Alle liederen zijn gebaseerd op Hongaarse volksliederen waardoor de opera voor iedereen toegankelijk werd. De muziek is zeer beeldend.

De opera wordt tegenwoordig niet vaak meer in zijn geheel uitgevoerd, de suite eruit, door Kodály zelf samengesteld, behoort tot het standaardrepertoire van elk zichzelf respecterend orkest.

Hoewel het verhaal vol zit met namen van reële personen en plaatsen is het vooral een sprookje. De personen krijgen een andere levensloop en de plaatsen krijgen een andere geografische ligging. De plaats die hier wordt aangeduid als ‘het einde van de wereld’ heeft in de tekst van de liederen de naam Majland (Milaan) maar het gaat natuurlijk om een plek van alles en iedereen verlaten.

Marie-Louise is dochter van de Oostenrijks-Hongaarse keizer en echtgenoot van de Franse keizer Napoleon, en daarmee prinses en keizerin tegelijk. Ze zet met heel veel gemak de wereld naar haar hand maar laat zich aan het eind zonder tegensputteren aan de (tot dan toe) slechterik Ebelasztin koppelen.

De klerk die aan het einde flink moet niezen van het verhaal (door Kodály  ook muzikaal weergegeven aan het begin van de proloog) geeft hiermee weer dat de woorden van Háry János misschien niet al te letterlijk moeten worden genomen.


Elke persoon en elke plaatsnaam, elke gebeurtenis is een verwijzing naar een achterliggende gedachte. Musicologen hebben daar boeken over vol geschreven.

Als hoofdgedachte kun je wel stellen dat de Hongaar overal ter wereld en onder alle omstandigheden zal overwinnen.


Bij het verschijnen van de opera zei Kodály zelf over zijn hoofdpersoon Háry János:

  „…ő maga az életre kelt magyar meseteremtő fantázia. Nem hazudik: mesét teremt; költő. Amit elmond, sohasem történt meg, de ő átélte, tehát igazabb a valóságnál.”

 “….. hij is de tot leven gekomen Hongaarse fantasie die altijd nieuwe verhalen voortbrengt. Hij liegt niet, hij is een dichter die verhalen vertelt. Wat hij vertelt is nooit gebeurd, maar hij heeft het doorleefd dus is het waarachtiger dan de werkelijkheid.”


Mostmagyarul!